In de nacht van 12 april 1956, rond 01.30 trof Hamont en Noord-Limburg in het algemeen de ergste brandramp in haar geschiedenis. Het indrukwekkende klooster van de ursulinen ging bijna totaal verloren. Alleen de kapel werd door toedoen van de brandweerkorpsen uit de buurt gevrijwaard.
De verderop staande gebouwen, zoals de Pianokamertjes, het Leerwerkhuis en de boerderij bleven intact.
Wegens het Paasverlof waren geen kinderen aanwezig, een groot geluk!
De zusters werden onmiddellijk ondergebracht in de villa Keunen of in de zusterkloosters van Ans en Overpelt.
Door deze brand werd de Humaniora overgebracht naar Overpelt, onder de naam van Mater Dei. In Hamont zelf werd in het Leerwerkhuis de Sociaal-Technische school opgericht met één klas.
De leerlingen van de lagere School en Kleuterschool werden verspreid in Hamont opgevangen, ook in particuliere huizen.
Gelukkig was voor de zusters het verzekeringsdossier in orde en kon men onmiddellijk aan de slag. Eerst het sloopwerk dat tot Pasen 1957 voortduurde, daarna de nieuwbouw in een moderne betonconstructie (1958-1959).
Vandaag is de stad Hamont-Achel eigenaar van dit complex en het is de vraag wat er met de gebouwen uit 1958-59 zal gebeuren. Ze zijn alvast niet conform de nieuwe wetgeving “wonen”.
Nog een anekdote bij die dag: De brandweer werd aangemoedigd met een goed ontbijt. Nest Spaas, de bakker leverde 8 ½ broden, 4,5 kilo kaas, koffie, melk en boter, de café’s De Klok en Benelux (waar lag die?) leverden nog extra.
En een ander mooi detail! Via de gemeente werd tijdens het bluswerk bij de drankenhandel Van Vlierden 5 bakken Dortmunderbier besteld, toen goed voor 600 Frank.
Wie zou dat binnengespeeld hebben?
Wie zou dat binnengespeeld hebben?
Wie een uitstekend verslag met een ooggetuige wil lezen en horen, klikt op de volgende videolink naar onze Facebook-pagina en/of naar het Eindhovens Dagblad